Niet het klimaat is bij Hollandse Delta de kwestie, maar de ‘basis op orde’. De ‘basis op orde’ betekent voor dit college dat er achterstallig onderhoud is. Dat is met name het geval bij zuiveren, wegen en het watersysteem. En dat dat achterstallig onderhoud op zo kort mogelijke termijn moet worden weggewerkt. Kosten wat het kost. Nu al wordt gezegd dat daarvoor een aanzienlijke tariefsverhoging nodig is. Als PvdA vinden we dat er erg veel geld wordt gevraagd aan het algemeen bestuur, zonder dat daar een stevige onderbouwing aan ten grondslag ligt. Natuurlijk moet je je houden aan de geldende wetten, natuurlijk moet de veiligheid op orde zijn, en moet je het onderhoud niet zo danig versloffen dat het leidt tot kapitaalvernietiging. Toch kun je hierover discussiëren. Net al bij je auto geldt voor de zogenaamde ‘assets’ van ons waterschap dat er keuzes aan ten grondslag liggen. Ook bij het onderhoud van je auto weeg je het risico van een defecte auto af, tegen nut of de noodzaak die de auto voor je heeft, en het geld dat preventief onderhoud kost. Die afweging gebeurt onvoldoende bij Hollandse Delta. Er vindt geen discussie plaats over onderhoud, risico’s en kosten omdat de laatste twee nog niet duidelijk zijn geobjectiveerd. Bij de vaststelling voor de begroting 2020 wordt deze discussie afgerond. Als PvdA zijn we niet tegen een eventuele tariefsverhoging, maar graag wel gebaseerd op feiten.
Ten slotte nog twee opmerkingen.
De eerste: de vorige keer heb ik aangegeven dat er een integriteitskwestie speelt. Aan ons verzoek in dat kader een risicoanalyse te maken is voldaan. In het verlengde daarvan zijn afspraken gemaakt die moeten voorkomen dat de heemraden die in de gemeenteraad zitten of adviseur zijn, in een belangenconflict terecht komen. Opmerkelijk is wel dat we een eerder integriteitsonderzoek over heemraad Kome, wel mogen inzien, maar als algemeen bestuur niet toegestuurd krijgen. Staat er misschien toch iets onwelgevalligs is?
De tweede opmerking betreft het aantal geborgde zetels bij Hollandse Delta. Dat zijn er 9, waarvan vier voor gebouwd en vier voor ongebouwd. Met die acht zetels voor gebouwd en ongebouwd en een qua fracties versnipperd algemeen bestuur, bepalen deze twee partijen wat er gebeurt. Sowieso moeten we landelijk een discussie voeren over nut en noodzaak van geborgde zetels. Ik zie dat nut in ieder geval niet. In de provincie Zuid-Holland kunnen we echter wel snel beginnen met het verminderen van het aantal geborgde zetels. Daarover kunnen de Staten beslissen.